-
1 geneesmiddel
♦voorbeelden:een geneesmiddel innemen • take (a) medicineeen geneesmiddel voorschrijven • prescribe a medicine/drugeen geneesmiddel tegen hoofdpijn • a remedy for a headacheeen geneesmiddel dat de rijvaardigheid kan beïnvloeden • a drug which can affect one's driving -
2 een geneesmiddel innemen
een geneesmiddel innemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een geneesmiddel innemen
-
3 gebruiken
♦voorbeelden:1 de auto gebruikt veel brandstof • the car uses (up)/consumes a lot of fueleen geneesmiddel inwendig/uitwendig gebruiken • take/use a medicine internally; use/apply a medicament/medication externallyslaapmiddelen gebruiken • take sleeping pills/tabletszijn verstand gebruiken • use one's common sensevork en mes gebruiken • use a knife and forkdat kan ik net goed gebruiken • I could just use thatdat kan ik goed gebruiken • that comes in handyiets/iemand niet kunnen gebruiken • have no use for something/someone 〈 ook figuurlijk〉ik zou best wat extra geld kunnen gebruiken • I could do with some extra moneyzich gebruikt voelen • feel usediets/iemand weten te gebruiken • know how to use something/someonezijn tijd goed/slecht gebruiken • make good/bad use of one's time, put one's time to good/bad use2 gebruikt u suiker in de thee? • do you take sugar in your tea?wilt u ook iets gebruiken? • can I get you anything?1 [harddrugs innemen] 〈 onovergankelijk werkwoord〉 be on/take drugs; 〈 overgankelijk werkwoord〉 be on, take -
4 medicijn
1 [geneesmiddel] medicine2 [meervoud] [geneeskunde] medicine♦voorbeelden:medicijnen innemen • take medicines/medicationmedicijnen studeren • study medicinedoctor in de medicijnen • Doctor of Medicine, M.D. -
5 gaan
1 [zich verplaatsen] go ⇒ move3 [zich begeven] go4 [+ onbepaalde wijs] [beginnen te] go, be going to5 [in beweging zijn, functioneren] go ⇒ run6 [losraken] come7 [plaatshebben] go ⇒ be, run9 [begrepen zijn in] go ⇒ fit11 [+ over] [tot onderwerp hebben] be (about)♦voorbeelden:een uur gaans • an hour's walk〈 figuurlijk〉 hoe gaat dat liedje ook weer? • how does that song go (again)?hé, waar ga jij naar toe? • where are you going?; 〈 achterdochtig〉 where do you think you're going?het gaat niet zo best/slecht met de patiënt • the patient isn't doing so well/so badlyhoe laat gaat de trein? • what time does the train go?ze zien hem liever gaan dan komen • they're glad to see the back of himik moet (nu) gaan • I must go/be going/off (now)ik ga ervandoor • I'm going/offdie twee gaan uit elkaar • those two are breaking upvan tafel gaan • leave the tableik ga! • I'm going!; 〈 informeel〉 I'm off!ga nu maar • off you go nowaan de kant gaan • move aside〈 figuurlijk〉 er gaat niets boven … • nothing beats …zijn gezin gaat bij hem boven alles • his family comes first (with him)zaken gaan voor het meisje • business before pleasure4 hij wil medicijnen gaan doen • he wants to do/study medicinegaan kijken • go and (have a) lookgaan liggen/staan/zitten • lie down, stand up, sit downgaan slapen • go (off) to bedga er maar eens aan staan • it's no picnic, it's not the easiest thing in the worldze gaan trouwen • they're getting marriediets gaan waarderen • come to appreciate somethinggaan wandelen/zwemmen • go for a walk/swim, go walking/swimmingaan het werk gaan • set to work〈 ironisch〉 ik ga (me) daar een beetje in de rij staan • I am (definitely) not going to join that queueals alles goed gaat • if all goes welldat kon toch nooit goed gaan • that was bound to go wronghoe is het gegaan? • how was it? how did it/things go?nou, dat ging zo • well, it was like thisalles gaat naar wens • everything's as it should beals het even gaat • if at all possibledat gaat zomaar niet • you can't just do thatik heb het al zo vaak geprobeerd, maar het gaat niet • I've tried it so often, but it won't workzo gaat het niet langer • things can't go on like thiser gaan 5 volwassenen in • it'll take 5 adultser gaat een liter in die fles • that bottle will take a litreer gaan zes glazen uit een fles • you can get six glasses out of a bottlezij gaat over de typekamer • she's in charge of the typing-pool11 waar gaat die film over? • what's that film about?zijn verhaal gaat er wel in bij de stakers • his speech went down (well) with the strikersdit type gaat eruit • this model's on the way outopzij gaan • give way to, make way for, go to one sidevoor niemand opzij gaan • make way for no man, yield/give way to no one〈 zoek raken〉 verloren gaan • get/be lostvreemd gaan • be unfaithfulvrijuit gaan • get offdaar gaan we weer • (t)here we go againin het zwart gekleed gaan • be dressed in blackhet gaat allemaal langs haar heen • it all goes (right) over her headmet iemand gaan • go out with someonewe hebben nog twee uur te gaan • we've got two hours to gozich te buiten gaan aan • overindulge inom kort te gaan • to cut a long story shortII 〈 onpersoonlijk werkwoord〉1 [gesteld zijn] be ⇒ go2 [geschieden] be ⇒ go, happen3 [+ om] [te doen zijn] be (about)♦voorbeelden:hoe gaat het (met u)? • how are you?, how are things with you?hoe gaat het op het werk? • how's (your) work (going)?, how are things (going) at work?het gaat hem niet slecht • he's not doing badlyje weet hoe dat gaat • you know how it is/things are/it goeszo gaat het nu altijd • it's always like thatzo gaat dat in het leven • that's lifedaar gaat het juist om • that's the whole pointhet gaat hem er alleen om dat … • all (that) he's concerned about is that …het gaat erom of … • the point is whether …het gaat om het principe • it's the principle that mattershet gaat om je baan • your job is at stakehet gaat hier om een nieuw type • we're talking about a new type -
6 gerechtelijk
♦voorbeelden:1 een gerechtelijk onderzoek instellen • set up a judicial inquiry/investigation3 gerechtelijke stappen ondernemen • take legal action/proceedingseen gerechtelijk verhoor • a judicial/court hearinggerechtelijke vervolging • prosecution, (legal) proceedingseen gerechtelijk vonnis • a judgment, a (judicial) sentence, findings of a/the courtII 〈 bijwoord〉♦voorbeelden:1 iemand gerechtelijk vervolgen • take/institute (legal) proceedings against someone; 〈 vanwege staat〉 prosecute someone -
7 drank
2 [alcoholische drank] drink3 [medicijn] medicine♦voorbeelden:de drank laten staan • give up drinkingaan de drank raken • take to drinkaan de drank (verslaafd) zijn • be an alcoholicniet tegen drank kunnen • not be able to hold one's drink -
8 een geneesmiddel inwendig/uitwendig gebruiken
een geneesmiddel inwendig/uitwendig gebruikentake/use a medicine internally; use/apply a medicament/medication externallyVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een geneesmiddel inwendig/uitwendig gebruiken
-
9 krachtig
3 [grote uitwerking hebbend] powerful♦voorbeelden:een krachtige motor • a powerful enginezwemmen met krachtige slagen • swim stronglymatige tot krachtige wind • moderate to strong windskrachtige taal gebruiken • use forceful languagekrachtig optreden/handelen • take vigorous action/strong measureseen krachtige soep • a nourishing soup -
10 lachen
2 [bespotten, schertsen] laugh at3 [(leed)vermaak hebben] laugh about/at♦voorbeelden:hij kon zijn lachen niet houden • he couldn't help laughing〈 figuurlijk〉 als hij dat merkt dan kunnen we nog lachen • if he notices, then we're in troublelaat me niet lachen • don't make me laughik zie niet in wat er te lachen valt • I don't see what's so funnyhet lachen zal hem wel vergaan • he won't laugh (for) longfijntjes lachen • smile quietlyschaterend/luidkeels lachen • roar with laughteriemand aan het lachen maken • make someone laughin zichzelf lachen • laugh to oneselfom/over iets lachen • laugh about/attegen iemand lachen • laugh at someonezich bescheuren van het lachen • split one's sides laughingdubbel/krom liggen van het lachen • be doubled over with laughterlachen is gezond • laughter is the best medicine2 daar lacht hij om • he just laughs at that, he doesn't take that seriouslydaar kun je nu wel om lachen, maar … • it's all very well/all fine and well to laugh, but …II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [door lachen in een toestand komen] laugh♦voorbeelden: -
11 middel
1 [taille] waist2 [hulpmiddel] means3 [geneesmiddel] remedy4 [meervoud] [geld, bezit] means♦voorbeelden:iemand bij/om zijn/haar middel pakken • grab someone by the waist2 middelen van bestaan • means of existence, livelihoodmiddelen van vervoer • means of transportationgeoorloofde middelen • lawful meansgrove middelen • strong-arm methodsalle middelen aanwenden • use every (possible) meanshet is een middel, geen doel • it's a means to an enddoor middel van • by means ofgeen middel onbeproefd laten • leave no stone unturnedhij heeft geen middelen van bestaan • he has no means of supporteen pijnstillend middel • a painkillereen probaat middel • a tried and tested remedymiddelen innemen • take medicineeen middeltje tegen hoofdpijn • a headache remedygefinancierd uit algemene middelen • financed by the general fund -
12 middelen innemen
middelen innemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > middelen innemen
-
13 studeren
2 [zich in de muziek oefenen] practise (music)♦voorbeelden:1 als hoofdvak/bijvak studeren • major/minor inMarijke studeert • Marijke is at university/collegemedicijnen/oude talen studeren • read medicine/classicsnatuurkunde gaan studeren • take up physicswat studeert zij? • what is she studying/reading?, what is her subject?hij studeert nog • he is still studying/at collegeverder studeren • continue one's studiesvoor ingenieur studeren • study engineering/to be an engineer1 [leren] study2 [peinzen over] think/pore over♦voorbeelden:1 studeren voor een examen • study/revise for an examstuderen voor een universitaire graad • study for/do a degree
См. также в других словарях:
take your medicine — phrase to accept or deal with an unpleasant situation without complaining Thesaurus: to be patient, and to not complain too muchsynonym Main entry: medicine * * * take your medicine informal : to accept something that is unpleasant because it is… … Useful english dictionary
take your medicine — If you take your medicine, you accept the consequences of something you have done wrong … The small dictionary of idiomes
take your medicine — to accept or deal with an unpleasant situation without complaining … English dictionary
take up — vt to absorb or incorporate into itself <the rate at which the cells took up glucose> take up n … Medical dictionary
take — A successful grafting operation or vaccination. * * * take tāk vi, took tu̇k; tak·en tā kən; tak·ing 1) to establish a take esp. by uniting or growing <with an experienced surgeon some 90 percent of the grafts take (Lancet)> 2) o … Medical dictionary
medicine — n. method, science of treating disease 1) to practice medicine 2) to study medicine 3) aerospace, space; allopathic; alternative (BE), complementary (BE), fringe (BE); aviation; ayurvedic; clinical; community, social; defensive; family; folk;… … Combinatory dictionary
medicine */*/ — UK [ˈmed(ə)s(ə)n] / US [ˈmedɪsɪn] noun Word forms medicine : singular medicine plural medicines 1) [countable/uncountable] a substance that you take to treat an illness, especially a liquid that you drink cough medicine a medicine bottle take… … English dictionary
medicine — med|i|cine [ medısın ] noun ** 1. ) count or uncount a substance that you take to treat an illness, especially a liquid you drink: cough medicine a medicine bottle take medicine: You have to take the medicine three times a day. 2. ) uncount the… … Usage of the words and phrases in modern English
medicine — medi|cine W3S2 [ˈmedsən US ˈmedısən] n [Date: 1100 1200; : Old French; Origin: Latin medicina, from medicus; MEDICAL] 1.) [U and C] a substance used for treating illness, especially a liquid you drink ▪ Medicines should be kept out of the reach… … Dictionary of contemporary English
medicine — noun 1 (C, U) a substance used for treating illness, especially a liquid you drink: take medicine: Have you taken your medicine? 2 (U) the treatment and study of illnesses and injuries: He studied medicine at Yale. | homeopathic medicine 3 the… … Longman dictionary of contemporary English
medicine*/*/ — [ˈmed(ə)s(ə)n] noun 1) [C/U] a substance that you take to treat an illness cough medicine[/ex] You have to take the medicine three times a day.[/ex] 2) [U] the study and practice of treating or preventing illnesses and injuries He went on to… … Dictionary for writing and speaking English